Op 1 december treedt een aangescherpte richtlijn voor strafvordering dierenmishandeling en dierenverwaarlozing in werking. De officier van justitie (OvJ) kan bij strafbare feiten de richtlijnen voor strafvordering gebruiken om een straf te bepalen. Dit houdt in dat de OvJ een zwaardere straf kan eisen.
In de aangescherpte strafvordering dierenmishandeling en dierverwaarlozing zijn richtlijnen opgenomen voor het opleggen van straffen aan daders die de Wet Dieren en artikel 350 lid 2 uit het Wetboek van Strafrecht overtreden.
De nieuwe richtlijn is uitgebreider dan zijn voorganger en de straffen zijn ook zwaarder. In tegenstelling tot de oude richtlijn wordt er nu echt gekeken naar de omstandigheden en kan een straf zo dus ook hoger uitvallen.
Zo wordt ook rekening gehouden met de manier waarop een dier is mishandeld en andere strafverzwarende omstandigheden. Zo zal de strafeis bijvoorbeeld hoger uitvallen als het dier om het leven komt met behulp van een slag- of stootwapen.
Ook als de dader in herhaling valt bij de verwaarlozing, mishandeling of het doden van een dier wordt niet meer gekeken naar hoe snel de dader opnieuw de fout in gaat. In de oude richtlijn betekende hoe sneller, hoe hoger de straf maar dit is komen te vervallen. In de nieuwe richtlijn geldt bij herhaling automatisch een hogere straf.
Lees hier de strafeisen die opgenomen zijn in de nieuwe richtlijn.
Bron: Overheid/Dierenlot