Vandaag is het Wereld Rabiës dag. Rabiës, of hondsdolheid, is een besmettelijke en dodelijke ziekte die nog steeds veel voorkomt. Wereldwijd overlijden elk jaar enkele tienduizenden mensen aan deze ziekte, vooral in Azië en Afrika. En 99% van die mensen werden besmet door honden. Rabiës is te voorkomen door vaccinatie, maar als iemand eenmaal ziekteverschijnselen heeft, is er niets meer aan te doen. Niet alleen honden kunnen rabiës krijgen en overdragen, maar onder andere ook katten en fretten.
Vanuit het buitenland
In Nederland en de andere landen van de EU komt gelukkig geen rabiës meer voor. Maar er worden regelmatig dieren naar Nederland gehaald, zoals voormalige zwerfhonden. Ook nemen mensen die hierheen komen om te wonen of voor vakantie soms hun hond of kat mee uit landen buiten de EU. Om te voorkomen dat rabiës wordt meegenomen en ook hier slachtoffers maakt, moet elke hond, kat of fret die een grens overgaat een vaccinatie hebben tegen rabiës. Dat geldt niet alleen voor reizen vanuit landen buiten de EU, maar ook tussen EU-landen. De ziekte is zo ernstig dat geen enkel risico wordt genomen. Aan de randen van de EU, zoals in Oekraïne, Moldavië, Rusland, Turkije en Marokko, komt rabiës bovendien wél voor, en het is mogelijk dat dieren daar de grens over zijn gebracht zonder een goede vaccinatie.
Hoe word je besmet?
Mensen kunnen besmet worden door een dier via bijten of krabben, maar ook via bijvoorbeeld likken aan een beschadigde huid of aan slijmvliezen. Op dat moment kan nog worden behandeld via een serie van injecties en soms medicatie van de wond. Lastig is dat niet altijd duidelijk is of een dier besmet was en dat de tijd tussen besmetting en ziekte lang kan zijn. Daardoor kan men denken dat er niets gebeurd is, maar later alsnog ziek worden. Dan is het te laat om een behandeling te geven en zal de patiënt overlijden.
Vaccineren
Goede vaccinatie van hond, kat en fret tegen rabiës is dus erg belangrijk als ze gaan reizen. De vaccinatie mag gegeven worden vanaf een leeftijd van 12 weken en daarna is er 3 weken wachttijd zodat het vaccin kan inwerken. Dat betekent dat dieren jonger dan 15 weken niet mogen worden meegenomen naar Nederland. Datzelfde geldt voor veel andere EU-landen; een paar landen hebben nog een uitzondering voor jongere dieren.
Bloedtest
Komt een dier uit een land waar het risico op rabiës groot is, dan moet er bovendien ook nog een bloedtest gedaan worden. Daarmee wordt gecontroleerd of de vaccinatie ook daadwerkelijk gewerkt heeft en wordt uitgesloten dat een dier al besmet was voordat hij de vaccinatie kreeg. Er moet dan 30 dagen na de vaccinatie bloed worden afgenomen om de rabiëstiter, de hoeveelheid antilichamen in het bloed, te bepalen. Daarna moet er nog 3 maanden gewacht worden voor het dier de EU binnen mag. Zoiets kost dus veel tijd, maar het is echt nodig om te voorkomen dat er dieren met rabiës hierheen kunnen komen.
Risico’s
Ga je op reis met je hond, kat of fret? Zorg dan dat je weet wat de eisen zijn. En ga je buiten de EU, dan is de kans aanwezig dat je voor vertrek zo’n bloedtest moet laten doen om je dier na je reis weer mee terug te mogen nemen. Wil je een dier uit het buitenland (laten) halen, let er dan op dat de vaccinatie goed geregeld is en ga alleen in zee met een betrouwbare partij! Hou je aan de eisen, want anders breng je niet alleen je dier en jezelf in gevaar, maar ook iedereen die met je dier in aanraking komt.
Bron: WHO / Licg
Foto ter illustratie: Pixabay